Selecteer een pagina

Brief aan prof. dr. H.F. Cohen

door | nov 30, 2023 | mens & techniek | 0 Reacties

bladzijde: 122

Toelichting

 De cursus ‘Mens & Techniek’ raadde het boek aan van Rens Bod: De Vergeten Wetenschappen. Daar werd terloops melding gemaakt van het boek van Floris Cohen: De Herschepping van de Wereld, het onstaan van de moderne wetenschappen. Beide boeken heb ik voor een prikkie gekocht op boekwinkeltjes.nl, maar dat terzijde.

Beide boeken zijn werkelijk fenomenaal, helder en duidelijk geschreven, een bron van weetjes en inzichten, prachtige verbanden en nuttige verwijzigingen. Bij het boek van Floris stuitte ik op een passage welke mij bijzonder raakte. Het betreft zaken waarmee Kepler tot zijn ontdekking kwam.

Nu ben ik [fotograaf] en hou mij al jaren bezig met de queeste wat [fotografie] vermag te zijn. En dat niet alleen, ook de geschiedenis van de lineaire perspectief houdt mij danig bezig. (Zie ook mijn brief aan Rens Bod: https://docs.keees.org/brief-aan-rens-bod/ )

Het was deze zin die ik opmerkelijk vond:

‘waarbij voor het eerst de lenswerking van het oog duidelijk wordt gemarkeerd.’

Deze zin laat mij niet los. De lenswerking van het oog heeft te maken met projectie en met lichtbreking. Als men dan beseft dat vanaf  1438 er twee soorten perspectiven bestonden. De eerste behelste de optika, de lichtbrekeing. De tweede betrof het construeren van beelden met behulp van de wiskundige wetten van de lineaire perspectief. Zodat men de objecten in een plat vlak met de juiste onderlinge proporties kon schilderen.

Heel bijzonder deze opmerking van Floris Cohen, waarbij ik me dus afvraag of niet alleen perspectivus alsook perspectiva een rol speelde bij Kepler.

Vandaar dat ik Floris Cohen aanschreef. Zie hieronder.

Brief

Geacht prof. dr. Floris Cohen

Beste Floris Cohen

U heeft een fascinerend boek geschreven: De Herschepping. Daar geniet ik momenteel intens van, een prachtige reis.

Ik studeer momenteel op de Open Universiteit, ‘mens & techniek’. Ik kwam uw boek op het spoor bij het lezen van het boek van Rens Bod: De vergeten Wetenschappen.In uw boek kwam ik een zeer intrigerende paragrafen tegen, die mij tamelijk bezighoud. Bladzijde 122, ik citeer:

Ook bij een ander abstract Alexandrijns onderwerp, licht en zien, heeft Keplers gerichtheid op de realiteit van de verschijnselen een omwenteling teweeggebracht. …………
………… Zolang je lichtstralen behandelt als meetkundige rechte lijnen, ziet de aanname er namelijk heel acceptabel uit, pas wanneer je er zoals Kepler een fysische betekenis aan hecht, valt hij door de mand. En dan komt ruimte vrij voor een radicale omkering, waarbij voor het eerst de lenswerking van het oog duidelijk wordt gemarkeerd.

Eigenlijk wordt dit alles bijna terloops vermeld, terwijl het ook gepresenteerd wordt als een enorme sleutel die iets belangwekkends heeft geopend. Dus ik zit nu met vragen. Waar was de gerichtheid van Kepler op gericht? Wat was de aanleiding, waaruit bestond zijn opmerkzaamheid? En op wat voor een manier en vooral waarmee, viel de aanname door de mand? En wat waren dan de specifieke consequentie van die val door de mand? En hoe bewerkstelligde dat de radicale omkering? Et cetera.

Dit laat mij niet los. Kunt u mij daar verder mee helpen? Kunt u dat voor mij duiden, of kunt u mij verwijzen? Ik zal niet eerder rusten voordat ik dit werkelijk weet.

Ik hoop werkelijk dat u mij kan helpen hiermee. Ik ben benieuwd.

Hoogachtend

en met vriendelijke groet

Kees de Graaff

Antwoord van F. Cohen

Beste Kees de Graaff,

Veel dank voor het delen van uw enhousiasme over De herschepping van de wereld. Ik kan u te hulp komen met de beantwoording van uw vragen. Dat boek is namelijk de verkorte, voor een breder publiek geschreven versie van mijn in 2010 bij Amsterdam University Press uitgekomen boek How Modern Science Came Into the World. Four Civilizations, One 17th-Century Breakthrough. Het is gratis te downloaden: https://www.aup.nl/en/book/9789089642394/how-modern-science-came-into-the-world. Het lijkt me het verstandigst als u dan eerst de paragraaf ‘Light rays’ leest op p. 295 – 300. Voor nadere verheldering van die passage kunt u zich dan verder verdiepen in de directe context ervan, vanaf p. 291: daar begint hfdst. 10 waar die paragraaf deel van uitmaakt, en dan net zo ver doorlezen tot u het idee hebt er voldoende greep op te hebben gekregen, eventueel verruimd met de opening van hfdst. 5 en de behandeling daarin van Keplers astronomische vernieuwingen (allemaal samengevat in de Herschepping; iets principieel nieuws zult in dit alles niet tegenkomen).

Ik hoop dat u hiermee vooralsnog uit de voeten kunt.

Met vriendelijke groet,

H.F. Cohen

2# brief aan Floris Cohen

Geachte prof. Dr. Floris Cohen

Beste Floris Cohen

How Modern Science Came Into The World ervaar ik bijkans als een megalomaan project welk u voltooid heeft, fascinerend! Ik denk dat ik daar jaren voor nodig heb voordat ik dat alles kan bevatten. Natuurlijk heb ik vele vragen, maar daar ga ik u niet mee lastig vallen. Tenminste op één na, een vraag die voor mijn eigen onderzoek van groot belang is.

Het betreft ‘image formation’ en het raadselachtige concept van: ‘his realistic manner of thinking’. We spreken over Keppler. U schrijft op pagina 295 het volgende:

The most important of these cases was vision – how is it that, if every single point of an object emits light rays in all directions, the eye can form a sharp image, not an utterly confused one?

Naar mijn weten kan het oog geen scherp beeld maken en zien, dat is fysiek werkelijk onmogelijk. Dit heeft te maken met de eigenschappen van de retina met haar macula (gele vlek). Het hele idee berust op een idealistisch abstract concept.

Wat wij wel kunnen is met bepaalde middelen, een tweedimensionaal beeld creëren door middel van projectie. Als je zo een beeld wil creëren op een manier zoals wij fysiek de wereld min of meer zelf ervaren, dan gebruik men daarvoor de wetten van de lineaire perspectief. En in de tijd van Keppler waren deze wetten al reeds 150 jaren bekend. Het idee van een ‘visual pyramid’ komt ook voort uit deze discipline.

Er bestaan dus twee soorten ‘perspectiva’, ten eerste het optische perspectief betreffende de eigenschappen van het licht, en ten tweede de lineaire perspectief, welke gebruikt wordt om een beeld te creëren waarin de objecten in de juiste verhoudingen worden weergegeven. Dit zijn twee verschillende ‘perpectiva, die beslist niet over één kam kunnen worden gescheerd.

In uw boek maakt u geen onderscheid tussen deze twee ‘perpectiva’. Nu denk ik zelf dat Keppler deze beiden vormen van perspectief door elkaar, met elkaar of naast elkaar gebruikt.

Mijn vraag aan u is: klopt mijn constatering, mijn gedachtegang?

Of zie ik iets over het hoofd? Het antwoord op die vraag is voor mij erg belangrijk voor mijn eigen onderzoek. Dit onderzoek betreft de geschiedenis en de verstrekkende consequenties en gevolgen van de lineaire perspectief. Nu is dat laatste een vrolijke obsessie van mij, en slechts voor die reden alleen, vind ik het uiterst opmerkelijk dat de naam van Leon Battista Alberti maar één keer terloops wordt vermeld in uw boek. (p. 131)

Klopt mijn constatering? Dat is de vraag.

Hopelijk vermoei ik u hier niet mee, maar ik zou het zeer aardig vinden als u mij hier uitsluitsel over zou kunnen geven.

Bij voorbaat mijn dank

Hoogachtend
en met vriendelijke groet
Kees de Graaff

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *